Banner

Dé reden waarom ’niet lullen maar poetsen’ bij tegenvallers in projecten niet werkt (en hoe je wél tot probleemoplossing komt)

tegenvallers bij projectenEen veel voorkomend verschijnsel in projectenland is het probleem van de onhaalbare deadline. Dit probleem hangt vrijwel altijd samen met een serie terugkerende interactiepatronen. In grote lijnen gaat dat bijvoorbeeld zo:

Werkelijkheid van de projectmanager

Stel, je bent projectmanager. Jouw opdrachtgever doet een uitvraag voor een forse nieuwe klus. De gevraagde opleverdatum is aan de strakke kant, maar als iedereen meewerkt zou je projectteam toch een heel eind moeten komen. Dus neem je de uitdaging aan, accepteert de deadline en haalt de klus binnen. Later komt jouw deelprojectleider of werkvoorbereider echter melden dat de klus nooit voor de deadline gerealiseerd kan worden: de toeleverancier kan niet tijdig leveren en de nodige capaciteit intern is te laag. Je raakt behoorlijk ontstemd door zijn gesputter. Jij mag de vertraging immers verantwoorden, het is jouw hoofd op het hakblok: 'Het altijd hetzelfde liedje. Hoezo geen capaciteit, we mogen blij zijn met deze klus! Ga het maar gewoon regelen met die leverancier en zorg maar dat dat project opgeleverd wordt!'

Werkelijkheid van de projectleider of werkvoorbereider

Vanuit de werkelijkheid van jouw projectleider of werkvoorbereider ziet deze casus er net iets anders uit: zijn projectmanager maakt afspraken met een opdrachtgever over een forse nieuwe klus en accepteert klakkeloos de veel te strakke deadline, terwijl hij best weet dat een haalbare levertijd van talloze factoren afhankelijk is. Het is altijd hetzelfde liedje: er valt niet over te praten en het werkvolk mag het weer opknappen, en dat terwijl de planning nauwelijks ruimte laat. Waarom overlegt hij niet gewoon even voordat hij dit soort toezeggingen doet? Nou ja, dan moet 'ie straks ook maar op de blaren zitten, niet mijn zorg'.

Ieder kijkt in projecten vanuit zijn eigen werkelijkheid

Iedereen die in projecten werkt, zal dit terugkerende probleem herkennen. In de hectiek van alledag kijken zowel projectmanagement als projectuitvoering vooral vanuit hun eigen werkelijkheid naar het probleem en vinden het moeilijk om zich te verplaatsen in de werkelijkheid van de ander. Dat botst en leidt tot projectvertraging en andere tegenvallers.

De projectmanager organiseert zijn eigen weerstand in de uitvoering vanuit de veronderstelling 'als ik maar bot genoeg ben krijg ik het wel voor elkaar'. De deelprojectleider gaat het gesprek niet verder aan en distantieert zich van de gevolgen. De projectmanager mist daardoor het commitment dat nodig is om samen de wedstrijd te winnen. Daardoor nemen de risico's voor de projectmanager toe. Geen van beide heeft de instrumenten om hun onderlinge gesprekken en het gesprek met opdrachtgever te veranderen.

Ongeschreven regels en assumpties zetten projecten nog verder vast

Bovendien kunnen allerlei andere ongeschreven regels en assumpties het patroon onbedoeld dieper vastzetten, zoals een zorg dat 'met hangende pootjes terugkomen op een deadline' gezichtsverlies betekent, ongeschreven regels zoals 'je gaat niet in tegen iemand die hoger in rang is' en 'je toont niet je afhankelijkheid van iemand lager in rang' en de (vaak vergeefse) assumptie dat wat masseerwerk op een later moment vast nog wat tijd en ruimte kan bieden. Wat een oplossing nog moeilijker maakt, is de houding van 'niet lullen maar poetsen', de overtuiging dat we het beste niet te lang stil staan bij dit soort situaties, maar gewoon moeten doorgaan. Dat maakt het probleem onbespreekbaar en onbespreekbaar betekent in dit geval vaak onoplosbaar.

Niet lullen maar poetsen bij tegenvallers in projecten
Figuur: interactiepatroon bij 'niet lullen maar poetsen'

Interactiepatronen als oorzaak van tegenvallers in projecten herkennen en doorbreken

Dit soort problemen wordt vaak heel abstract geduid als het 'politieke spel', maar is gewoon het gevolg van de patronen die spelen tussen mensen in organisaties, zoals ik dat ook beschrijf in mijn proefschrift Werelden van Verschil (2006) en in verschillende artikelen. Gek genoeg nemen de betrokkenen deze situatie en de tegenvallers die er het gevolg van zijn, vaak massaal voor vanzelfsprekend. Bovendien durft de projectmanager eigenlijk zijn afhankelijkheid vaak niet goed te tonen, en daardoor komt het werkelijke probleem in de lessons learned ook niet voor. Het gevolg is dat ieder vanuit zijn eigen werkelijkheid blijft kijken en in zijn eigen assumpties vast blijft zitten. Beide blijven elkaar gevangen houden in een steeds terugkerend patroon. Daarmee blijven ook de oorzaken van projectuitloop en projectfalen bestaan.

Pas als betrokkenen de rust nemen om de interactiepatronen, de ongeschreven gedragsregels en assumpties die hebben geleid tot thet patroon te onderzoeken en aangrijpingspunten voor verandering te identificeren, lukt het ook om het patroon te doorbreken. Dat vraagt een kwetsbare houding, openheid over thema's als hierarchie en pikorde en gesprekken over hoe dergelijke 'zachte waarden' toch tot vertraging en mislukking van projecten kunnen leiden. 

comments powered by Disqus